1: De vindplaats Assen-Noord (Balloo) ligt ergens op een helling naar het beekdal van een klein riviertje. De vindplaats ligt op een zandige akker met ontelbare keien, een echte keizandakker. Het keileem echter, ooit afgezet door de Saalegletsjer op deze locatie, is door afsmelting van datzelfde Saal-ijs zo'n 120.000 jaar geleden totaal verdwenen, overbleef stenen en zand. Het zo ontstane rivierdal werd in latere tijden tot en met nu, verder opgevuld met allerlei erosiemateriaal van hogerop en verderweg. Tussen dit smeltoverblijfsel en later erosiemateriaal zaten de honderdduizenden zwerfstenen, maar ook de artefacten die men nu claimt als het bewijs van een Neanderthaler jacht- slachtkampement ter plaatse. Zie hier de uitleg van de bodemopbouw rondom Loon en Balloo.

2: In december 2008 werden er langs het beekdal meerdere kampementen gepresenteerd, de artefacten werden aangetroffen binnen een oppervlak van 50.000 m². Nu zou het gaan om een enkel jacht- en slachtkamp. We zijn benieuwd naar het verspreidingspatroon van de artefacten.

3: Mander en Corversbos hebben geen enkel artefact in situ opgeleverd. Voor Assen-Noord (Balloo) geldt hetzelfde. De artefacten van Mander hadden een grote verspreidng over de akker, van een cluster kan daarom niet gesproken worden. Voor meer info over Mander, klik hier.

4: Driehoekige vuistbijlen kwamen ook al voor binnen het Markkleebergien van 180.000 BP. In feite rekenen wij de artefacten van Mander en Assen-Noord (Balloo) tot die cultuurperiode, daarbinnen werd ook al de Levalloistechniek toegepast. Het zijn driftartefacten, door het Saale-ijs aangevoerd uit noordelijker en oostelijker streken. Indien het om Moustérien zou gaan dan zou het de meest noordelijke vindplaats van deze cultuur zijn. Het Moustérien wordt niet boven de Alpen aangetroffen. Zie hier de onderzoeken van Marie Soressi over het voorkomen van het Moustérien in West-Europa. Boven de Alpen, in Centraal-Europa, komt het Micoquien voor. In Noord-Nederland is het o.a. aangetroffen bij Leek, zie hier en hier en bij Een Schansweg. Op Texel is het ook aangetroffen, gepubliceerd in APAN/EXTERN 10. Verder noemen we nog de vindplaatsen Bakkeveen, Broeksterwoude, Zuidbroek, omgeving Assen, Eelde-Paterswolde.
Bij deze vondstgroepen gaat het deels om bipolair geslagen artefacten uit het Eemien, zoals van de Wâldgroep en Schuilenburg bv. Dan zijn er nog de in situ Jong Acheul artefactengroepen van Hoogersmilde , Hijken en Eemster. Deze cultuur komt overeen met de Duitse Salzgitter Lebenstedt Gruppe van prof. Bosinski en werd door prof. Waterbolk en dr. Van der Waals in Palaeohistoria XV uit 1973 beschouwd als de westelijke exponent ervan. De in 2010 aangetroffen bewerkte mammoet en wolharige neushoornbotten van Orvellte-Wezuperbrug zijn mogelijk een aanwijzing voor nog eenzelfde soort site in situ op het Drents keileemplateau.

5: Kleine artefacten determineren als kinderwerk is een hachelijke bezigheid, vooral wanneer ze gevonden zouden zijn binnen de context van een jacht- slachtkampement van Neanderthalers, de ultieme jagers op groot wild. Was die jacht niet wat te gevaarlijk voor kinderen? Hoe oud waren die kinderen? Wat zijn de formaten van die kinderartefacten? Uit Frankrijk kennen we vuistbijlculturen waarbinnen de formaten niet boven de 10cm uitkomen, het gemiddelde ligt tussen de 6cm en 8cm (kleinere komen erbinnen ook voor). Wat moet daar nu van gedacht worden?

6: De bij Assen-Noord (Balloo) gevonden windlak-hyaliet-artefacten werden 150.000 jaar geleden afgezet door de morene van het Saale-ijs. Er kwam geen Neanderthaler aan te pas, ze zijn dus niet in situ achtergelaten door deze voorouder. Er zouden echter wel artefacten met een middenpaleo habitus op de locatie in situ aangetroffen kunnen worden, maar die zouden dan geen windlak-hyaliet-afzetting hebben, want de Neanderthalers die mogelijk aanwezig waren in en rondom het beekdal kunnen daar alleen aanwezig geweest zijn in de periode Eemien - Vroeg Weichselien en dat is na de periode van het afzetten van hyaliet op vuurstenen en artefacten van die steensoort. Dergelijke stukken zijn er volgens opgave van de wetenschappers echter niet gevonden.

7: De negen vuistbijlen van Assen-Noord kunnen lang niet allemaal de toets der kritiek doorstaan. Voor enkele foto's en besprekingen van die stukken zie hier.

8: Als het belang zo groot is waarom is er dan nog geen publicatie verschenen in een internationaal verkrijgbaar medium? Neanderthalers schuimden niet alleen onze streken af, ze waren ook in Engeland actief en in Noord-Duitsland, o.a. bij Joldelund, en op de toen droogliggende Noordzeevlakte, mogelijk ook in Denemarken en Zuid-Zweden. Hoever ze doordrongen naar het Noorden zullen we nooit precies weten, maar Nederland lag in geen geval aan de rand van hun verspreidingsgebied.

9: In noordelijke zandafgravingen en zandzuigputten zijn vele honderden artefacten aangetroffen van de Neanderthaler uit het Eemien, bv Schuilenburg. Ook van de vroegere Neanderthaler van 250.000 jaar geleden werden op die locaties artefacten aangetroffen, zie hier en hier
De beroemdste losse vondst uit die oudere periode is de Leemdijkbijl, zie ook hier. Een nog oudere is de Blauwmeerbijl. Het noordelijk Midden Paleolithicum uit het Eemien en het vroege Weichselien bestaat voor een groot deel uit bipolair geslagen artefacten, zie hier en hier en hier voor foto-overzichten.

10: Neanderthalkampementen werden na het midden van de vorige eeuw ook ontdekt door het systematisch zoeken door eenlingen en door goed op te letten bij de stenenvanger van aardappelmeelfabrieken, o.a. bij de fabriek Oranje. Zo is de vindplaats Eemster ontdekt. Deze site ligt nog steeds onaangeroerd in de bodem. Het is de enige in situ Neanderthalsite bekend bij de wetenschap. Zie APAN/EXTERN 11 - Eemster waarheid in situ.

11: Windlak is een foute benaming van het op vuurstenen afgezette doorzichtige mineraal Hyaliet. Dit hyaliet kan alleen tijdens het afsmeltingsproces van het Saale-ijs op stenen zijn afgezet, waaronder de toen al aanwezige artefacten van Assen-Noord (Balloo). Zie hier wat wind beladen met zand en stof doet met windlak.

12: Een berekening. Daar waar vele zwerfstenen liggen worden ook vuistbijlen gevonden, ze zijn tegelijk met die zwerfstenen aangevoerd door het Saale-ijs zo'n 150.000 jaar geleden. We hebben kunnen lezen dat elke individuele zoeker 2000 keer per dag (tevergeefs) heeft moeten bukken. Op de foto is te zien dat er 16 zoekers rondlopen, dat is dus 32.000 keer bukken op 1 dag. Voor meer dan tientallen zaterdagen betekent dat, voor laten we zeggen 20 zaterdagen met gemiddeld 16 man, 20 x 16 = 320 en dat weer x 2000 x bukken is 640.000 keer bukken. Nou zal deze berekening wat aan de hoge kant zijn wat het bukken betreft, maar wanneer we de woorden van Niekus serieus nemen betekent het dat er in totaal op 20 zaterdagen 640.000 stenen zijn opgeraapt. Dat leverde volgens Niekus en beuker tot nu 59 artefacten op, waaronder 9 vuistbijlen (die dus niet allemaal vuistbijlen zijn). Dat is bar weinig.

13: Het is een mooi visioen, maar gebaseerd op flinterdunne bewijsvoeringen zolang er geen in situ is aangetoond.

14: De Neanderthaler was afhankelijk van wild en daarom was hij een nomade. De vindplaats Assen-Noord (Balloo) staat binnen het Neanderthalonderzoek practisch alleen, nergens in Europa is een dergelijke vindplaats aangetroffen, met uitsluitend gewindlakte artefacten, geclaimd als behorende bij Neanderthalers uit het Eemien. Drelsdorf uit Schleswig Holstein wordt elders door hun wel opgevoerd als een vergelijkbare vindplaats, maar deze werd door de Duitse onderzoekers als pre-Saale gedateerd. Dat is 100.000 jaar ouder dan de datering die voor Assen-Noord (Balloo) wordt gegeven. Dan gaat het om het Markkleebergien, precies wat wij voor Assen-Noord (Balloo) ook in gedachten hebben. Het zijn daarom op beide locaties driftartefacten.

15: Wij zijn benieuwd wat er zoal metersdiep in en niet-in de bodem zit in het beekdal van het Loonerdiep. Maar eigenlijk weten we het al, want de Rijks Geologische Dienst heeft er in de vorige eeuw nauwgezet onderzoek uitgevoerd. Hun bevindingen zijn te zien op de Detailkaart 3. Uitgegeven door de RGD, Rijks Geologische Dienst. Kaartblad Assen West, 12W, Assen Oost, 12 O. Schaal 1 : 50.000
Het zou een wonder zijn als daar nog wat aan zou ontbreken, bv een laagje waar Assen-Noord (Balloo) in situ aanwezig zou kunnen zijn.

16: In december 2008 werd de vondst van Assen-Noord (Balloo) gepresenteerd, o.a. op TV-Drenthe, dat was precies op de maand af 30 jaar na de vrijspraak van Vermaning. We weten dat zijn vondsten geen ruimte meer krijgen in het Nieuwe Drents Museum. Die lege vitrine zal nu opgevuld worden door de windlak- driftartefactengroep Assen-Noord. De laatste woorden van Beuker in het artikel bevatten misschien toch een kern van waarheid. Dat stemt tot nadenken.

Klaas Geertsma en Govert van Noort.

 

Home Film Vondsten Actueel Eemster Vermaning APAN/EXTERN Contact Links
Webmaster: Klaas Geertsma
Op zaterdag 26 februari werd er in de wetenschapbijlage van de Volkskrant aandacht besteed aan het aanwezig zijn van de Neanderthaler in Noord-Nederland. In 2007 zouden er meerdere kampementen ontdekt zijn op een akker langs het Loonerdiep. De vindplaats werd in december 2008 gepresenteerd onder de naam Assen-Noord. Het Loonerdiep is de grens tussen de gronden van Loon en Balloo. De locatie ligt aan de kant Balloo. Daarom wordt de vindplaats door de APAN dan ook Balloo genoemd. Onderstaand artikel zou een mooie binnenkomer behoren te zijn voor het onderzoek naar het Midden Paleolithicum van ons land en het is dat ook wel voor de oningevoerde lezer. In een mooi verhaal, verluchtigd met mooie foto's, wordt de ontdekking uit de doeken gedaan. Het is bravo wetenschap! Maar voor ons ligt dat anders, wij zijn geen leken en plaatsen daarom enkele opmerkingen, 16 om precies te zijn. Ook over de foto's hebben we het een en ander op te merken. In de kolom rechts van het krantenartikel staan onze visies over de waarde van deze vindplaats.
Foto A: Met zestien man de akker op, de fotograaf was de zeventiende (die tellen we niet mee). Tientallen zaterdagen werd aan zoeken besteed. We hebben uitgerekend dat 16 zoekers samen op 20 zaterdagen in totaal 640.000 keer (tevergeefs) gebukt moeten hebben. Dit leverde maar 59 artefacten op. Het zegt wel iets over de volharding van de groep. We kunnen daar alleen maar bewondering voor hebben.

Foto B: Op dit vuistbijltje zit een mooie glans, of het hyaliet is valt niet te zeggen, daarvoor moet eerst het artefact in het echt worden bekeken. Vreemd is wel dat hetzelfde bijltje op foto E geen glans lijkt te hebben

Foto C: Het beekdal van het Loonerdiep, met hoge akker, gezien richting Balloo en Rolde. De vindplaats Assen-Noord ligt ergens op of onderaan de helling van een dergelijke hoge akker.

Foto D: De vuistbijl van Boekschoten lijkt een Acheulbijl. We zijn benieuwd naar de achterkant.

Foto E: Deze foto is de eerste presentatie van dit vuistbijltje, er is geen glans zichtbaar. Er werd wel gesteld dat er windlak op zou zitten. Het is een vreemd contrast met de latere officiële foto B waarop de glans tot in alle hoekjes, gaatjes en kiertjes aanwezig is.
A
B
C
D
E
Op 'apanarcheo' is dit de tweede keer dat bezoekers gevraagd wordt om te reageren op een artikel. Er bestaan twee totaal verschillende meningen over de waarde van de vindplaats en vondsten van Assen-Noord (Balloo). Het gaat op de locatie om oppervlaktevondsten, wat dat betreft is het de bevestiging van het patroon, alle gevonden windlakarteafcten behoren namelijk tot die categorie. Volgens dr. Stapert was het een aparte categorie. Wilt u reageren, dan kan dat door te klikken op REAGEER

De reacties worden toegevoegd in een apart venster. Onzin en krompraat wordt niet getoond.
REAGEER OP BOVENSTAAND VOLKSKRANTARTIKEL EN OP DE APAN-OPMERKINGEN

Alleen al gezien het geheel ontbreken van sporen van gletschertransport op de bewerkte delen van de negenenvijftig midden-paleolithische artefacten en gezien de zeer sterke concentratie van een aantal vuistbijlen tezamen met een flinke levallois-kling, een grote levalloisachtige afslag en vele andere artefacten,is het duidelijk dat er hier geen sprake kan zijn van driftartefacten die door de saale-gletscher aangevoerd zouden zijn. Het is de daarentegen het duidelijkste voorbeeld van een middenpaleolithisch kampement in Nederland boven de grote rivieren. Deze rijke concentratie heeft, blijkens geo/archeologisch logisch onderzoek van de Vrije Universiteit van Amsterdam ter plaatse, nog maar een klein gedeelte van zijn geheimen prijsgegeven, vele verdere vondsten zullen nog volgen op deze plek.

met groet,

Henk Paas. 

REACTIE
Henk Paas is een van de ontdekkers van Assen-Noord (Balloo). Gletsjertransportkrassen ontbreken niet op windlakartefacten en -stenen. Ze zijn aanwezig onder de windlak=hyaliet-afzetting. Govert van Noort heeft dat middels zandstraalproeven aangetoond. De genoemde flinke levalloiskling en de levalloisachtige afslag (niet helemaal zeker?) hebben beiden windlak=hyaliet op het oppervlak, ze behoren daarom tot de driftartefactencategorie van het Markkleebergien van 180.000 BP, waarbinnen de levalloistechniek al voor kwam. De flinke levalloiskling zou volgens Marcel Niekus, op Steentijdforum in het Discussiehoekje, een inbrengstuk zijn op de vindplaats, afkomstig van een ander kampement ergens in de buurt gelegen. Of gaat het hier om een andere kling?

Ook andere onderzoekers hebben krassen geconstateerd onder de windlak van een midden paleolithisch artefact. In Paleoactueel 16 uit 2005 geven Dick Stapert, Dick Schlüter, Lykke Johansen en Marcel Niekus de volgende beschrijving van de vuistbijl van Lonneker: 'Vlak A is geheel bewerkt vanaf beide zijden, en ook vanaf het topgedeelte...sterke verwering...met microscoop krasjes onder de windlak te zien.'

Dit lijkt op een beschrijving van windlak als een doorzichtige afzetting, die in de mineralogie ‘hyaliet’ genoemd wordt. Hyaliet kan zich alleen in een zeer specifiek kalkrijk koud en nat milieu op stenen en artefacten afzetten. De enige periode dat dit milieu in Noord-Nederland aanwezig is geweest, was 120.000 BP tijdens het afsmelten van het kalkrijke Saale-ijs. Aleen toen werd hyaliet op stenen en artefacten afgezet, die stenen en artefacten waren door het ijs aangevoerd uit noordelijker en oostelijker streken. Na 120.000 BP hebben deze kalkrijke koude natte milieuomstandigheden zich niet meer voorgedaan op het Drents Keileemplateau. Door plantengroei in het Eemien en daarna ontkalte de bodem. Op artefacten uit deze periode kan daarom geen windlak=hyaliet op het oppervlak meer zijn afgezet. Dat geldt ook voor vondsten van de vindplaats Assen-Noord (Balloo).


APAN-COMMENTAAR
Voor een foutloze weergave open ApanArcheo in Internet Explorer of Google Chrome